hier een verhaaltje over een jongen die iets raars meemaakt
zeg maar wat je ervan vind
Daar stonden ze dan in m’n rechter ooghoek ‘de
pestkoppen’. Elke dag opnieuw hadden ze wil iets nieuws. Gisteren was het nog
‘kuis de wc’s met m’n kop dag’ en de dag ervoor ‘trek m’n broek af au publiek’
dag. Elke dag opnieuw die vernedering, maar vandaag was anders. Want vandaag
besloot ik niet naar school te gaan. Zodra m’n bus stopte rende ik zo snel als
mijn grote lompe voeten me konden dragen richting de stad. M’n benen voelden
zwaarder en zwaarder aan, dus stopte ik even. Ik was zo bezig geweest met het
idee dat ik zo snel mogelijk weg moest dat ik niet door had dat ik in het
midden van de weg stond. Toen ik het eindelijk door had was het al te laat. De
auto probeerde nog te remmen, maar te laat. Het laatste wat ik zag was een fel
licht en zachtjes voelde ik me in elkaar zakken. Fluisterende stemmen
weergalmden in m’n hoofd, hoe meer ik me op ze concentreerde hoe luider ze
werden. Plots dook er schim op, algauw zag ik dat het m’n overleden hondje was
die pip heette. Zoals gewoonlijk bracht zijn speeltje. Uit reflectie raapte ik
het op en gooide het weg. Ik ging op zoek naar iemand om te vragen waar ik was.
Maar er was niemand. Opeens zag ik een licht. Het was een fel geelachtig licht
en het zag er vredig uit. Het leek of ik erdoor werd aangetrokken. Voetje voor
voetje kwam ik dichterbij. Wanneer ik heel erg dichtbij was zag ik m’n vriendin
in dat felle licht staan. Ze zei iets, maar ik kon het niet verstaan. Ze gaf
een teken dat ik dichterbij moest komen, maar wanneer ik dat deed werd ze
vager. Om haar niet te verliezen greep ik haar hand. Ik voelde dat ze aan men
hand trok en sleurde mij mee. Onderweg zag ik allemaal gebeurtenissen van mijn
leven. Ik werd heel slaperig en viel in slaap. Toen ik weer ontwaakte zag ik
dat ik in het ziekenhuis lag, ma zat in een harde en oncomfortabele zetel te
slapen haar ogen waren rood van het huilen. Op een krukje zat m’n schatje en
met haar hoofd op m’n buik te slapen haar ogen waren ook rood en haar wangen
vochtig van het huilen. Zachtjes streek ik door haar blonde haren. Blijkbaar
had ze het gevoeld, want ze schrok wakker. Grote ogen vol ongeloof staarden me
aan. ‘Tobias kun je me horen?’ vroeg ze me ongerust. ‘Ja, alleen jouw zoete en
zachte stem hoor ik, hopelijk hoor ik die nog lang’ zei ik zacht. Ze bloosde,
waarna ze me direct een natte smakkerd op m’n mond gaf. Toen wou ze m’n ma
wekken, maar dat vond ik geen goed idee. ‘Ze heeft al genoeg afgezien met me’
glimlachte ik. Ze glimlacht en zei ‘Doe me dat nooit meer aan alsjeblief? Zei
ze. ‘ik was dom en trouwens waarom zou ik zoiets mooi achterlaten en zo lief’
zei ik. Ze lachte lief naar me terwijl ze mijn wang streelde. Toen besefte ik
pas hoe dom ik was geweest, want ik had in plaats van weg te lopen en te denken
aan die pesters moeten denken aan al die mensen die van me houden en wel om me
geven. Toch jammer dat er eerst zoiets moest gebeuren voor ik dat besefte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten